Hoe stond het de afgelopen weken ervoor?
“In april en mei hebben we onwijs droge weken gehad. Dit betekent dat de bladnatperiode vrijwel nul was, waardoor de schimmeldruk laag lag en behandelingen tegen deze ziekteverwekkers vrijwel niet nodig waren. Hierdoor bleven problemen met phytophthora en valse meeldauw ons nog bespaard. Kijk je dan naar onkruidbestrijding en het toedienen van insecticiden, dan was dat wel een uitdaging. Over het algemeen was het veel te droog voor een goede werking van deze middelen. Bodemherbiciden hadden eigenlijk beregening nodig om goed hun werk te kunnen doen. Voor insecticiden was er overdag te veel straling, waardoor de werkzame stoffen meteen werden afgebroken.”

En wat voor gevolgen had dit voor hittestress?
“Aardappelen hadden het in de maand mei vaak nog wel onder de controle, doordat de planten nog niet veel loof hadden en de verdamping beperkt was. Bieten en uien hadden het wel wat lastiger. Uien hebben natuurlijk een minder uitgebreid wortelstelsel en dan zitten ze al snel met vochttekort.”

Zijn er technieken beschikbaar om hittestress te beperken?
“Een systeem dat heel goed werkt is het gebruik van een mulch van gehakselde plantenresten tussen de rijen, zoals groenbemesters, waardoor er minder vochtverlies optreedt vanuit de bodem. In Duitsland wordt dat steeds meer toegepast. NKG kan ook al gedeeltelijk hetzelfde effect teweegbrengen voor de waterhuishouding in de bodem. Dit vraagt natuurlijk om een andere manier van werken, maar ik denk dat dit wel in Nederland zou kunnen passen, vooral als je naar de toekomst kijkt. Er is steeds minder water beschikbaar voor beregening. Verdamping beperken zou dan best een oplossing kunnen zijn. Daarnaast houdt deze manier van werken de onkruiddruk laag, want waar organisch materiaal ligt, kiemt geen onkruid.”

Wat kunnen we nu doen?
“Als het droog is en je kunt beregenen, doe dat dan. Zorg dat de boel klaar staat. Zorg daarnaast dat je de gewassen ziektevrij houdt, of het nu droog of nat weer is. Beslissingsondersteunende systemen dragen daaraan bij. Het kan namelijk een droge dag lijken, maar dat de nachten een hogere luchtvochtigheid hebben dan je denkt. Dan ligt de schimmeldruk toch hoog. In dit geval kan het interessant zijn om het weer te monitoren door middel van een weerstation. Aan de hand van actueel gemeten weerdata krijg je dan een overzicht van de infectiedruk van verschillende plantenziektes. Vervolgens kun je in een app het ideale spuitmoment aflezen en verschillende behandelingsmogelijkheden vergelijken, inclusief hoe effectief deze opties zijn. Dit is een goede manier om een vinger aan de pols te houden en niet verrast te worden door een plotseling hoge infectiedruk. Op het juiste moment uitvoeren van bespuitingen, onkruidbestrijding en het beregenen van gewassen zijn immers van belang om gewassen zo goed mogelijk het laatste deel van het groeiseizoen door te laten komen.”

Dit artikel staat in de Akkerbouwkrant - Innovatie & Ondernemen, een uitgave van www.akkerbouwbedrijf.nl

Blijf op de hoogte

Meld je aan voor de nieuwsbrief en krijg 1 maand gratis toegang tot het SmartFarm platform.